Mensenrechtenraad VN ongerust over repressie in Congo

De Mensenrechtenraad van de VN (OHCHR) heeft op zijn vergadering van 20 september 2016 Congo (RDC) officieel onder toezicht geplaatst. Dit gebeurde op verzoek van de adjunct hoge commissaris voor de mensenrechten Kate Gilmore naar aanleiding van de stroom berichten over de gewelddadige repressie van de manifestaties in Kinshasa op 19 en 20 september 2016.

Daarbij vielen volgens de VN 53 doden en 127 gewonden door het optreden van de nationale politie (PN) en leden van republikeinse garde (GR). Ook werden in de week van 19 september tenminste 368 personen gearresteerd, waarvan merendeels de huidige verblijfplaats onbekend is.

De vreedzame manifestaties waren georganiseerd door de 'Rassemblement des Forces politiques et sociales acquises au changement', een coalitie van oppositiepartijen, waarvan Etienne Tshisekedi de leider is.

De plaatsing onder toezicht betekent dat de Raad een onderzoekscommissie zal instellen die met medewerking van de VN-missie in de RDC (Monusco) documentatie zal verzamelen over wat zich precies op 19 en 20 september in Kinshasa en andere steden in het land heeft afgespeeld en over de verdere ontwikkeling van de situatie in Congo. Zie artikel : "la RDC sous surveillance"

Het besluit van de Mensenrechtenraad kan worden gezien tegen de achtergrond van het rapport d.d. 12 augustus 2016 van het Hoge Commissariaat voor de Mensenrechten over de situatie van de mensenrechten en van het gezamenlijk bureau van VN in de DRC.

In dit rapport dat de periode juni 2015-mei 2016 beslaat, wordt reeds ernstige bezorgdheid uitgesproken over de 'afname van de democratische ruimte' en de 'aantasting van de fundamentele vrijheden' in het land. Geconstateerd wordt dat de toenemende repressie door veilgheidsdiensten klaarblijkelijk gelijk opgaat met het naderen van de belangrijke algemene verkiezingen.

Zie rapport over de mensenrechten in Congo

Inmiddels heeft Tshisekedi namens de Rassemblement een aanklacht ingediend tegen de veronderstelde verantwoordelijken voor de moordpartij. Genoemd worden: de ministers Boshab en Kambayi, de gouverneur van Kinshasa Kimbuta, de politiechefs Bisengimana en Kanyama en de legergeneraal Amisi.